toothache - kiespijn, earache - oorpijn, stomachache - maagpijn, rash - huiduitslag, flu - griep, backache - rugpijn, sore throat - keelpijn, fever - koorts, bruise - kneuzing, feeling sick - misselijk, a cold - een verkoudheid, cough - hoest, black eye - blauw oog, headache - hoofdpijn, runny nose - loopneus, a cut - een snee, sprained ankle - verstuikte enkel, sunburn - zonnebrand, swollen - gezwollen,

" sick" words English- Dutch

από

Κατάταξη

Οπτικό στυλ

Επιλογές

Αλλαγή προτύπου

Επαναφορά αυτόματα αποθηκευμένου: ;