1) Wat is het verkleinwoord van bril? a) briletje b) briltje c) brilletje 2) Wat is het verkleinwoord van snor? a) Snorretje b) snorje c) snortje 3) Wat is het verkleinwoord van vel? a) velje b) veltje c) velletje 4) Wat is het verkleinwoord van huis? a) huisje b) huistje c) huissetje 5) Wat is het verkleinwoord van spel? a) speltje b) speeltje c) spelletje 6) Wat is het verkleinwoord van woning? a) woningkje b) woningtje c) woninkje 7) Wat is het verkleinwoord van staart? a) staarttje b) staartje c) staartetje 8) Wat is het verkleinwoord van helling? a) hellingkje b) hellingetje c) hellinkje 9) Wat is het verkleinwoord van stem? a) stemtje b) stemje c) stemmetje 10) Wat is het verkleinwoord van spullen? a) spulletjes b) spullentjes c) spultjes

Verkleinwoorden -etje, -je, nkje

Tulostaulu

Visuaalinen tyyli

Vaihtoehdot

Vaihda mallia

Säilytetäänkö automaattisesti tallennettu tehtävä ?