Ik leer een taal. - Welke taal leer je?, Ik lees een boek. - Welk boek lees je?, Ik wacht op de bus. - Op welke bus wacht je?, Ik ga naar school. - Naar welke school ga je? , Ik woon in een dorp. - In welk dorp woon je?, Ik maak een oefening. - Welke oefening maak je?, Wij lezen een oud boek. - Welk oud boek lezen jullie? , Wij hebben morgen een test? - Welke test hebben jullie morgen?, Wij zitten in een nieuw lokaal. - In welk nieuw lokaal zitten jullie?,
0%
Maak vragen met welk of welke.
Condividi
di
Forosirina
Grammatica
Nederlands
NT2
Modifica contenuto
Incorpora
Altro
Classifica
Gira le tessere
è un modello a risposta aperta. Non genera punteggi validi per una classifica.
Login necessario
Stile di visualizzazione
Tipi di caratteri
Abbonamento richiesto
Opzioni
Cambia modello
Mostra tutto
Mentre esegui l'attività appariranno altri formati.
Apri risultati
Copia link
Codice QR
Elimina
Ripristinare il titolo salvato automaticamente:
?