1) Ik... elke les nieuwe woorden. a) leert b) leren c) leer 2) Jij ... elke dag iets nieuws op school. a) leer b) leert c) leren 3) Hij / zij leert mij nieuwe liedjes. a) leert b) leer c) leren 4) Wij ... graag nieuwe talen. a) leer b) leren c) leert 5) Ik ... graag... met tikkertje. a) doe... mee b) doet... mee c) doen... mee 6) Jij ... nooit ... met ons. a) doe... mee b) doet... mee... c) doen... mee 7) Hij ...graag ... met spelletjes. a) doet... mee... b) doen... mee... c) doe... mee 8) Wij ... elke dag ... met verstoppertje. a) doe... mee b) doet... mee c) doen... mee

werkwoorden leren en meedoen

순위표

비주얼 스타일

옵션

템플릿 전환하기

자동 저장된 게임을 복구할까요?