de bergen, het strand, de zee, de stad, de natuur, op een terrasje zitten, zonnen / zonnebaden / in de zon liggen, eten en drinken, genieten, uitrusten, aan het zwembad liggen, een uitstap maken, bootje varen, een museum bezoeken, wandelen, het hotel / de hotelkamer / logeren in ...., de vakantiewoning, de caravan, de camping, kamperen, de slaapzak, de koffer, de zonnecrème, de oplader, het geld, de pleister, de zonnebril, het kasteel, de tent, een ijsje eten, het vliegtuig, foto's nemen, een rondreis, bergen beklimmen, aan watersport doen, een wandeltocht doen / maken, een fietstocht doen / maken, het werelddeel, een citytrip doen,
0%
Woordenschat: Op vakantie
Share
by
Jufsophie
meestermax
Meestermaxnl
Edit Content
Embed
More
Leaderboard
Flash cards
is an open-ended template. It does not generate scores for a leaderboard.
Log in required
Visual style
Fonts
Subscription required
Options
Switch template
Show all
More formats will appear as you play the activity.
Open results
Copy link
QR code
Delete
Continue editing:
?