Hallo, hoe ____ het? Goed, dank je, en met ____? Met mij gaat het ook ____, dank je wel. ____ heet jij? Ik ____ Mae en jij? Ik heet Sophie. Hoe oud ____ jij? Ik ben 8 jaar ____ en jij? Ik ben ook 8 jaar ____ Waar ____ jij? ____ woon in Engeland. ____ woon jij? Ik woon in ____. Heb jij broers en zussen?Ik heb een zus en een ____. En jij? Ik ____ een oudere broer. Welke kleur haar heb jij? Ik ____ bruin haar. En jij? ____ kleur haar heb jij? ik heb ____ haar. Mijn haar is ____ en dat van jouw? ____ haar is kort. Welke ____ ogen heb jij? Mijn ogen zijn blauw. En jouw ogen? Welke kleur zijn die? Mijn ogen zijn bruin. Ben jij groot of klein? Ik ben lang. Ik heb lange benen. Ik ben niet zo groot. Wat is jouw ____ Mijn lievelingsdier is een ____. Wat is jouw lievelingsdier? ____ lievelingsdier is een hond. Welke dieren hou jij ____ van? Ik hou niet van ____. Waar ____ jij niet van? ____ hou niet van kakkerlakken. Oh jakkes. Ik ook niet!

Dit ben ik - voorstellen en beschrijven

Bestenliste

Visueller Stil

Einstellungen

Vorlage ändern

Soll die automatisch gespeicherte Aktivität wiederhergestellt werden?