Goed: Jij hebt twee kinderen. , Hali heeft een auto., U hebt/heeft 6 kleinkinderen., Fout: Ik heeft een zus. , Wij heeft een auto., Jullie heb een pen., Jamila hebt een fiets., Ludo en Lucie heeft een baby., Ik hebben een dochter.,

Tabla de clasificación

Estilo visual

Opciones

Cambiar plantilla

¿Restaurar actividad almacenada automáticamente: ?