1) machen a) gemachen b) gemacht c) machet 2) malen a) gemalent b) gemalen c) gemalt 3) arbeiten a) gearbeitet b) arbeitet c) gearbeitenet 4) baden a) badet b) gebadet c) gebaden 5) spielen a) gespielen b) spielet c) gespielt 6) turnen a) geturnen b) turnt c) geturnt 7) lachen a) lacht b) gelachen c) gelacht 8) lernen a) gelernt b) gelernen c) lernet 9) tanzen a) getanzen b) getanzt c) tanzet 10) sagen a) sagt b) gesagt c) gesagen 11) antworten a) antwortet b) geantwort c) geantwortet 12) bilden a) bildet b) gebilden c) gebildet 13) rechnen a) gerechnet b) gerechnt c) rechnet 14) zeichnen a) gezeichnet b) gezeichnen c) gezeichnent 15) diktieren a) gediktiert b) diktiert c) gediktieren 16) kopieren a) gekopieren b) gekopiert c) kopiert 17) telefonieren a) telefoniert b) getelefoniert c) getelefonieren 18) erklären a) geerklären b) erklärt c) erklär 19) besuchen a) gebesuchen b) besucht c) begesuchen 20) übersetzen a) übersetz b) geübersetzen c) übersetzt

Perfekt mit haben

door
Embedden

Scorebord

Visuele stijl

Opties

Template wisselen

Automatisch opgeslagen activiteit "" herstellen?