Hij gaat altijd op de fiets naar school., Morgen ga ik wandelen met de hond., Heb je zin om mee te gaan naar de bioscoop?, Vanavond eten we in een Italiaans restaurant., Wat eten we vanavond?, Zullen we gaan computeren?, Mama, mag ik een snack?, Zullen we vrijdag naar het Rijksmuseum gaan?, Op 1 januari start het nieuwe jaar. , Volgend schooljaar wil ik betere cijfers halen., Ik versta je niet., Wil je het nog eens zeggen?, Kun je dat herhalen?, Kun je wat langzamer praten?, Je kunt het!,

Woordvolgorde oefenen

tarafından

Skor Tablosu

Görsel stil

Seçenekler

Şablonu değiştir

Otomatik olarak kaydedilen geri yüklensin mi: ?