wakker worden, de wekker uitzetten en opstaan, zijn tanden poetsen en zijn haar kammen, ontbijten, een appel nemen, zijn jas aandoen en een vaas omgooien en , zijn tas pakken, fitsen, naar zijn werk gaan, werken , thuiskomen en het eten klaarmaken / eten, tv-kijken.

Skor Tablosu

Görsel stil

Seçenekler

Şablonu değiştir

Otomatik olarak kaydedilen geri yüklensin mi: ?